eHealth. Wat is eHealth? Wat zijn voorbeelden in Nederland op het gebied van eHealth? Wat is de impact hiervan op de gezondheidszorg en de maatschappij? Welke kritiek is er op eHealth en elektronische gezondheidszorg?
Wat is eHealth?
De KNMG definieert ehealth als volgt: Het gebruik van informatie- en communicatietechnologie ter ondersteuning of verbetering van de gezondheid en de gezondheidszorg. Naast ehealth worden soms de termen mhealth (gebruik van mobiele telefoons) en ihealth (gebruik van kunstmatige intelligentie) gebruikt.
Het gebruik van informatie- en communicatietechnologie ter ondersteuning of verbetering van de gezondheid en de gezondheidszorg.
KNMG
Een patiënt kan zelf met apps, gadgets en wearables diverse lichaams- en gezondheidsfuncties meten en monitoren. De kern is dat de patiënt zelf meer in controle is over zijn of haar eigen zorgproces. Je wordt minder afhankelijk van de metingen bij en van een dokter, een ziekenhuis of bij een andere instelling.
Naast patiënten kijken ook artsen en specialisten, zorg bestuurders en managers, zorgverzekeraars, GGZ-instellingen, farmaceuten, politici en ambtenaren naar ehealth als oplossing voor de stijgende zorgkosten en toenemende personeelstekort.
Andere relevante artikelen die kunt lezen: Wat is innovatie in de zorg? / Zorginnovatie is meer dan alleen technologie / Voorbeelden van zorgtechnologie / Alles over ChatGPT in de zorg / Wat is de toekomst van de zorg? / 6 boeiende trends door een futurist gezondheidszorg
Spreker eHealth
Regelmatig word ik gevraagd door ziekenhuizen of bedrijven in de zorg om te vertellen over eHealth. Mijn verhaal gaat meestal specifiek over het gebruik van apps, gadgets en tools.
NB. Wil je me inhuren voor een lezing of workshop over dit onderwerp? Bekijk deze pagina Trendwatcher Gezondheidszorg of doe direct een vrijblijvende boekingsaanvraag!
Mensen nemen zelf steeds meer het heft in eigen hand als het gaat om hun gezondheid. Dat begint met het meten van hun gezondheid. Wat kan een huisarts of een specialist daarmee? Wat voor praktische en ethische dilemma’s roept dit op? Dat is vaak de insteek van de lezingen, presentaties en workshops die ik hierover geef.
Voorbeelden van eHealth toepassingen.
eHealth voorbeelden
Wat zijn eHealth voorbeelden uit de praktijk?
- Hartwacht voor cardiologie patiënten
- Ginger.IO
- Halodoc
Hartwacht
Hartwacht is een telemonitoring systeem voor cardiologie patiënten in Nederland. Het bestaat uit 3 onderdelen. Ten eerste: cardiologen kunnen patiënten thuis monitoren op basis van metingen en vragenlijsten die de patiënten invullen. De patiënten gebruiken hiervoor een app. Ten tweede: patiënten hebben overal ter wereld toegang tot hun patiëntendossier. Ten derde: patiënten kunnen direct videocontact hebben met een specialist.
Hartwacht werd door Maarten den Braber tijdens ons podcast interview genoemd als een aansprekend voorbeeld van eHealth in Nederland.
Ginger.io
Met de app Ginger.io sta je direct in verbinding met een coach of een psycholoog. De dienst is ontwikkeld voor patiënten met depressie of angststoornissen.
Het bijzondere is dat ze daarnaast ook informatie verzamelen van de telefoon, zoals hoe jij de telefoon gebruikt en de locaties waar je bent. Door deze data te combineren in slimme algoritmes met de hulpvragen van patiënten, kunnen ze bepaalde patronen vinden.
Misschien wordt je gedrag met je telefoon daarmee al een indicator voor de mate waarin je risico loopt op psychische problemen in de komende weken. Ginger.IO stuurt je dan alvast een bericht om dat voor te zijn.
Halodoc
Een voorbeeld uit een ander land is de app Halodoc in Indonesië. Uit een artikel in de NRC blijkt dat 20.000 artsen bij de app zijn geregistreerd en 1.300 apothekers. Het doel van de dienst is om de toegang tot de gezondheidszorg te verbeteren. Zo zijn de artsen in het land ongelijk verdeeld. In Papoea of Kalimantan zijn veel minder artsen dan op Java.
Een bijkomend voordeel van deze methode is dat patiënten de app gebruiken voor onderwerpen die taboe zijn in Indonesië. Bestuursvoorzitter Sudharta zegt dat hij op basis van gesprekken met artsen hoort dat somberheid en depressieve klachten de meest voorkomende redenen zijn dat patiënten de app raadplegen.
Naast de sensoren in een smartphone, kun je ook specifieke gadgets gebruiken om de gezondheid te meten.
Sensoren
Steeds meer apparaten hebben sensoren. Van de bekende stappentellers, slaapsensoren en bloeddrukmeters tot luiers. Er zijn luiers beschikbaar die met sensoren meten of bij een dementerende oudere sprake is van uitdroging, of van een urineweginfectie.
Een ander voorbeeld zijn de geruchten over de slimme oordopjes van Apple. Met deze oordopjes kun je niet alleen muziek luisteren, maar de sensoren in de apparaatjes meten ook onder meer je hartslag, het aantal calorieën dat je verbrandt en aantal stappen dat je zet.
Apple Watch
Een bekender voorbeeld is de Apple Watch.
Als gebruiker van Apple kun je in de app Healthkit je gezondheidsdata opslaan, naast functies zoals een medische ID en het toestemming geven voor orgaandonatie via de app (in de Verenigde Staten). Je kan vervolgens ook toestemming geven om je gezondheidsdata te delen met onderzoeksinstellingen. Die instituten en universiteiten gebruiken hier het platform ResearchKit voor.
In sommige gevallen is het doel voornamelijk het verzamelen van data voor medisch onderzoek, zoals met de app mPower voor de ziekte van Parkinson. In andere gevallen ligt de nadruk op de patiënt, zoals met de app EpiWatch. Hierbij wordt de correlatie tussen medicatie en een aanval gemeten én kan de patiënt bij een opkomende aanval snel mensen in zijn of haar omgeving waarschuwen via de Apple Watch.
Horloge redt leven
Er zijn al tal van verhalen bekend van mensen die zeggen dat het slimme horloge hun leven heeft gered. Zeker vanaf versie 4 toen de Apple Watch goedkeuring van de Amerikaanse gezondheidsautoriteiten kreeg om hartfilmpjes te maken, een functie lijkend op een electrocardiogram.
Zo is er het verhaal van Kevin Pearson. De 52-jarige Engelsman woont in Cockermouth in het noorden van Engeland. ‘S ochtends lees hij rustig een boek als hij opeens een alarm krijgt op zijn Apple Watch. Zijn hartslag is abnormaal hoog en lijkt op een hartaanval volgens het horloge. ‘Ik voelde verder helemaal niets. Ik was niet aan het zweten.’
Toch volgt hij de instructies van het horloges. Hij gaat liggen om zijn hartslag voor een paar minuten te meten. Zijn hartslag knalt op en neer tussen de 79 en 135 slagen per minuut. Bij een normaal mens ligt dit stabiel tussen de 60 en 100 slagen per minuut.
Toevalligerwijs is hij die ochtend in het ziekenhuis voor een controle van zijn vader. De piepjes op zijn horloge trekken de aandacht van een verpleegster. Ze twijfelt niet en haalt een cardioloog. Die herkent de symptomen als atriale fibrillatie, een aandoening waarbij het hart zeer snel en onregelmatig klopt. Hij krijgt sensoren opgeplakt en de artsen zien hetzelfde patroon. Het ongebruikelijke ritme kan een indicatie zijn van een hartaanval, geblokkeerde vaten of een andere hartaandoening. Hij blijft in het ziekenhuis voor een uitgebreide controle.
Domotica
De sensoren zitten in je smartphone, maar ook op straat of in je huis. Volgens een onderzoek onder 7.200 Europeanen van het Taiwanese bedrijf leeft ongeveer 12% van de Europeanen in een zogenaamde ‘smart home’. Dit is een huis waarin huishoudelijke apparaten, slimme verlichting, virtuele assistenten, slimme camera’s en thermostaten via wifi op afstand te bedienen zijn. In Amerika en China ligt dat percentage volgens Irene van der Linde in een artikel in De Groene Amsterdammer een stuk hoger.
Die apparatuur meet ook ons gedrag en onze gezondheid. Neem een slimme badmat die je gewicht en BMI meet. Een slim toilet dat je ontlasting analyseert en een matras vol met sensoren die je nachtrust analyseert.
Ad van Berkel heeft de startup UNSense opgericht. Dit bedrijf doet onderzoek naar de toekomst van wonen en werken. Door slimme technologie blijven we langer thuis wonen en verandert onze omgang met ons huis. Van Berkel: ‘Je huis wordt als een meubel’. Ik zou zijn visie nog verder willen uitbreiden: je huis wordt je ziekenhuis, in ieder geval wat de metingen en monitoring betreft.
Wat zijn de voordelen van ehealth?
eHealth voordelen
Helemaal nieuw is ehealth natuurlijk niet. Uit het onderzoek van Nictiz doet 40% van de chronisch zieken aan zelfmetingen. Alleen is deze groep niet erg digitaal: 5% gebruikt een app, de rest houdt het liever nog bij pen en papier. Het gekke is alleen dat uit een ander onderzoek naar voren komt 50% van de Nederlandse patiënten digitale diensten wil, maar dat volgens 75% van de professionals in de gezondheidszorg hun patiënten daar niet naar vraagt.
Meten is slechts één onderdeel, luisteren veel meer. Straks kunnen wij dat veel beter met behulp van de data van de patiënt.
Bart Timmers, huisarts
In een artikel in de Volkskrant wordt een huisarts geïnterviewd naar aanleiding van het onderzoek. Bart Timmers is erg enthousiast. Volgens hem gaat dit groot worden. Daarnaast ziet hij nu al de voordelen: de zelmetende patiënt is betrokken, krijgt inzicht in zijn gezondheid en gaat gezonder leven. Hij is niet verontrust over de gevolgen voor zijn vak: ‘Meten is slechts één onderdeel, luisteren veel meer. Straks kunnen wij dat veel beter met behulp van de data van de patiënt’.
Digitale zorg
Luciën Engelen schreef een boek over zorginnovatie met de titel Augmented Health(care). In zijn boek haalt hij het voorbeeld aan van Kaiser Permanente. In 2017 registreerde dit Amerikaanse consortium al meer virtuele dan fysieke bezoeken.
Online en digitaal is al een onmiskenbaar onderdeel van het leven van patiënten. In een podcast vertelt Luciën Engelen dat 70% van de patiënten voor een afspraak met een huisarts of specialist op internet informatie opzoekt. Na het consult is dat 50%.
Overigens is Luciën Engelen van mening dat de termen ehealth, mhealth en ihealth allemaal verwarring opleveren. ‘De toekomst gaat om digitale gezondheidszorg. Of eigenlijk: digitaal is onderdeel van gezondheidszorg, daarom is het straks gewoon: gezondheidszorg’.
Toekomst
Patiënten produceren steeds meer data zelf. Dit wordt ook wel de quantified self genoemd. Nu is het nog zo dat wanneer je als patiënt bij de dokter komt of naar het ziekenhuis gaat, er op één moment een opname wordt gemaakt. In de toekomst verzamelen we continu data over ons zelf. Geen incidentele ‘snap shots’ meer. Door het gebruik van die data voor de gezondheid en gezondheidszorg kan je spreken van ‘quantified health’.
In de toekomst breng je als patiënt je eigen dataset mee naar de dokter. De dokter kan uitlezen hoeveel je hebt geslapen, wat je bloedwaardes gedurende de laatste dagen waren, hoeveel je hebt gelopen, wat je hartslag de afgelopen tijd was, etc. Deze data kan de dokter gebruiken om een eerste diagnose te stellen, maar ook om je betere vragen te stellen en goed te luisteren.
Door deze data te continu te monitoren kun je ook al heel snel verschuivingen opmerken in je gezondheidsstatistieken. Sensoren zitten overal onopgemerkt in apparaten en gebruiksvoorwerpen, zoals je toilet, in de auto, in de spiegel, in je telefoon en in je matras.
Nog verdere toekomstmuziek is dat je smartphone dan al automatisch een afspraak heeft gemaakt met je dokter. Of gaan artsen en medisch specialisten zich in de toekomst abonneren op je patiëntendata.
De toekomst van ehealth is veelbelovend. Digitale innovaties zijn nodig om de zorg goedkoper, efficiënter en wellicht zelfs persoonlijker te maken. Wat houdt deze ontwikkelingen tegen?
Belemmeringen
In 2017 deed het adviesbureau Gupta onderzoek naar de barrières voor het overhevelen van zorg in het ziekenhuis naar de thuissituatie van de patiënt. Een voorbeeld van thuis zorg krijgen, is het monitoren van de hartfunctie met de specialist op afstand. Volgens de onderzoekers zou 46% van alle ziekenhuisbehandeling thuis kunnen plaatsvinden, bijvoorbeeld ook chemotherapie en nierdialyse.
De vier belemmeringen zijn de patiënten, de medisch professionals, betrouwbare data en financiële prikkels. Wat betreft de menselijke kant, de patiënten en professionals, gaat het om een andere cultuur, mentaliteit en werkwijzen om thuis zorg te verlenen. De onderzoekers stellen tevens dat betrouwbare data nodig is (belemmering 3) en dat de indruk leeft dat zorg in huis niet wordt vergoed (belemmering 4).
Probleem
In het najaar van 2017 brachten Nictiz en NIVEL, twee onderzoeksinstituten voor de zorg, een rapport uit over de stand van zaken van ehealth in Nederland. Volgens de onderzoekers ligt het niet aan het aanbod. Het probleem is de vraag: te weinig patiënten gebruiken ehealth toepassingen.
Dit komt volgens de onderzoekers dat de bedrijven die deze digitale toepassingen bedenken en ontwikkelen het niet als middel voor een patiënt zien, maar als een op zichzelf staand doel. Bedrijven denken onvoldoende na over welke problemen hun app, dienst of product, oplost. De directeur van Nictiz, Loes van Gennip, raadt daarom aan om patiënten en artsen al in een vroegtijdig stadium te betrekken bij het ontwikkelproces en hun ervaringen te delen met anderen in de zorg.
Ontwikkelen apps
Dit sluit aan bij de visie van Lucien Engelen. Volgens hem wordt vaak vergeten wat de patiënt nu echt nodig heeft. Om die reden pleit hij ervoor om patiënten vroegtijdig te betrekken. Om die reden was hij een van de trekkers van Patients Included initiatief.
Vervolgens moet je de app nog goed testen. Een mooi voorbeeld staat in een artikel in De Groene Amsterdammer. Wilfred van Valkenburg is directeur van GoOV, een app om mensen te helpen met het openbaar vervoer te reizen. ‘We hadden in een eerdere versie van de app foto’s staan van het station waar je moest uitstappen, zodat de gebruikers zeker wisten dat ze op de juiste plek waren. Maar we hadden ook autistische gebruikers die daarvan in de war raakten. Dan had het gesneeuwd en zag het station er heel anders uit dan op de foto. En dus bleven ze zitten’.
Zelfmanagement van patiënt?
Ditzelfde beeld schets Jeanette Pols. Zij is hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam en deed onderzoek naar nieuwe technologie zoals hulp op afstand in de gezondheidszorg. ‘In het medische domein wordt technologie vaak geplugd als hulpmiddel voor het zelfmanagement van patiënten’.
In een artikel in De Groene Amsterdammer geeft ze een voorbeeld: ‘Mensen met hartfalen krijgen de opdracht om dagelijks hun gewicht, hartslag en bloeddruk te meten. De metingen worden dagelijks automatisch doorgegeven aan de artsen en verpleegkundigen. De hoop was dat als de waarden afweken mensen iets zouden gaan doen. Maar het was andersom. Mensen deden niets, omdat ze wisten dat professionals de resultaten keken’.
Actieve deelnemers
Een andere belemmering in dergelijke projecten zijn de capaciteiten en motivatie die van de patiënten wordt verwacht. Laura Visser deed vanuit promotieonderzoek naar ehealth. Volgens haar is een belemmering dat er veel initiatief wordt gevraagd van de patiënt. Zo moet deze actief meedraaien in de online gemeenschap.
Maar ook andere effecten kwamen naar boven. Het bijhouden van een online dagboek werd als druk ervaren, patiënten deelden niet alles uit angst om ‘klagerig’ over te komen en verpleegsters gingen formeler communiceren. Laura Visser: ‘Er zijn allerlei zaken waarover je kritisch moet nadenken.’
Naast de belemmeringen is er ook kritiek op het gebruiken van ehealth.
Kritiek (4x)
Er is ook kritiek op eHealth. De kritiek heeft overigens meer betrekking op hoe eHealth vorm krijgt. Met andere woorden: eHealth als technologie, als ontwikkeling of als innovatie is op zichzelf niet iets slechts.
Het gaat er meer over hoe wij als maatschappij, als patiënten, als artsen en andere betrokkenen er mee omgaan. De kritiek heb ik onderverdeeld in vier punten:
- Geld
- Kwaliteit
- Wie hebben het nodig?
- Wat kunnen artsen ermee?
De kritiekpunten heb ik hieronder verder uitgewerkt.
1 Geld
Consultancy bureau McKinsey ziet de toename van slimme sensoren die verbonden zijn met internet als één van de vier belangrijkste trends voor de toekomst van zorg.
Het eerste kritiekpunt is daarom: geld. Krijgen we geen ongezonde mechanismes omdat er zoveel geld in te verdienen is?
In de Volkskrant las ik een groot interview met Willem Mestrom, data-expert van Independer. Hij wil graag de medische gegevens van zoveel mogelijk klanten hebben, om op grond daarvan te voorspellen of zij een verhoogd risico lopen op bepaalde ziekten.
Dat kan voor- en nadelen hebben, maar dat is al meer een politieke discussie. Is het terecht dat je meer premie betaald omdat je een verhoogde kans hebt op een bepaalde aandoening?
Maar wat als een onterechte relatie wordt gelegd. In statistiek: er is een correlatie maar geen causaliteit. Bijvoorbeeld dat mannen met blond haar een hogere kans hebben op diabetes. Er zit een verband in, maar het ene veroorzaakt niet het andere. Of andersom.
2 Kwaliteit
Het klinkt natuurlijk prachtig. Maar is een virtuele zuster aan het bed hetzelfde als een echt persoon? Niet voor niets leven er veel zorgen bij patiëntengroepen en artsen.
Wordt gemak niet al te makkelijk ingeruild voor kwaliteit? Als ik via Skype een afspraak met mijn dokter heb, dan kan zij niet naar mijn hart luisteren. Of mijn keel voelen. Of op basis van haar ervaring kijken naar mijn lichaamshouding en non-verbale communicatie. Niet alles is elektronisch of digitaal te maken.
Een ander aspect van kwaliteit heeft betrekking op de producten en diensten zelf. Zo was er bijvoorbeeld Theranos. Deze start-up beloofde 100 indicatoren in kaart te kunnen brengen op basis van één druppel. Het bedrijf was een tijdlang een lieveling van durfinvesteerders, met een marktwaarde van 10 miljard euro. Dat is allemaal verdampt, omdat hun beloften niet waar bleken te zijn.
3 Wie hebben het nodig?
Al in 2014 schreef Wired een artikel over de huidige marktontwikkelingen in de markt van wearables en activity trackers. Het stuk is nog steeds relevant. Het probleem? De doelgroep van alle app ontwikkelaars, fitness fabrikanten en technologiebedrijven op deze markt zijn jong, relatief rijk en gezond.
Voor ons (hier reken ik mezelf ook maar even toe), is draagbare technologie leuk en interessant. Uitrekenen hoeveel stappen je zet, hoe goed ik slaap, relaties tussen metingen analyseren. Maar niet iets wat direct levens redt.
Overigens zien ze ook heil in de theorie van de ‘bottom of the pyramid‘. Als je een product of dienst ontwikkelt voor deze doelgroep dan is de marge per verkoop wellicht niet hoog, maar de volumes zijn wel gigantisch.
Kortom, het wordt interessant als commerciële leveranciers zich willen gaan richten op de gezondheidszorg. Kunnen en vooral willen ze hun ontwikkelkracht hierop inzetten? Een markt met wellicht minder winstmarge en veel meer regels en regulering?
4 Wat kunnen artsen ermee?
De verwachtingen van ehealth zijn al jaren hooggespannen. Doordat mensen steeds meer data over zichzelf bijhouden, krijgen ze steeds meer inzicht in hun eigen gezondheid.
Sterker nog, de huisarts krijgt straks gewoon een datastroom van mijn verschillende tools en trackers. Zij gaat mij bellen als mijn waardes de verkeerde kant op bewegen.
Is dit een reëel toekomstbeeld? Nee, zo snel gaat het niet. Daar zijn een 2 redenen voor.
- Ten eerste, net als het vorige argument, zijn het momenteel vooral de rijkere en gezondere mensen die een activity tracker dragen.
- Ten tweede hebben artsen nu al te dealen met een enorme informatiestroom. Nog een datastroom van alle patiënten erbij is ondoenlijk. Daarnaast is het de vraag hoe valide en betrouwbaar de data is die uit de tools komen.
Wat is mijn conclusie?
Conclusie
Zoals ik al schreef is de kritiek en de angst voor eHealth deels gegrond. Maar dat neemt niet weg dat de belofte en mogelijkheden enorm groot zijn. Een voordeel is dat de patiënt meer in controle is over zijn gezondheid en herstelproces, dat je veel vaker metingen kan doen en dat je sneller contact kan hebben met een specialist.
Op een meer macroniveau geldt dit ook voor de communicatie tussen medisch specialisten onderling. Specialistische kennis kan beschikbaar komen op plekken waar het eerst niet was. Denk aan een specialist die via robotbesturing een operatie aan de andere kant van de wereld kan uitvoeren.
Sommige experts die ik spreek tijdens congressen en evenementen, verwachten een hele ommezwaai in het bedrijfsmodel van gezondheidszorg. Nu is zorg vooral gericht op genezing, niet op preventie.
Preventie
Nieuwe vormen zijn dat je niet betaalt als je ziek bent, maar dat je betaalt om gezond te blijven. Een voorbeeld uit de Verenigde Staten is HealthiestYou. Daar heb je altijd toegang tot een arts, een prijs- en kwaliteitsvergelijking van medicijnen en kun je snel een specialist in de buurt vinden. In het (Nederlandse) zorgmodel is dit nog lastig: het is veel moeilijker om technologie vergoed te laten krijgen die zorg voorkomt.
Het model van preventie is nu nog interessant voor bedrijven die hun personeel gezond willen houden. Maar straks? Iedereen heeft ooit in zijn of haar leven gezondheidszorg nodig. De markt is gigantisch.
Dit is ook de visie van Ben Kröse, hoogleraar Ambient Intelligence aan de Universiteit van Amsterdam. ‘De zorg, het kostensysteem en de zorgverzekeraar: het is een rigide systeem.’ In een artikel in De Groene Amsterdammer zegt hij dat de crux in dienstverlening zit. Juist dat is waar bedrijven als Amazon, Google en Uber enorm goed zijn. Ben Kröse: ‘Pas als er cowboys komen die voor een service gaan zorgen en daarbij technologie gebruiken, zal er iets veranderen’. Dit ziet hij niet als negatief: ‘We zitten erop te wachten’.
In dit deel staat nog extra informatie, zoals mijn lezingen over ehealth, een interview en een leeslijst.
Lezing ehealth
In 2019 gaf ik een lezing bij het MediReva Symposium in het Beatrixtheater in Utrecht over innovatie in de gezondheidszorg. Een onderdeel hiervan is de digitalisering van de zorg, onder andere in de vorm van ehealth.
Leeslijst
Wil je meer weten? Eerder schreef ik deze artikelen:
- Innovatie gezondheidszorg
- Zorginnovatie is meer dan technologie
- Wat zijn voorbeelden van technologie in de zorg?
- Wat is de toekomst van de gezondheidszorg?
- Hoe werkt blockchain in de zorg?
- 6 boeiende trends door een futurist gezondheidszorg
Zelf word ik af en toe geïnterviewd door andere media over dit onderwerp:
- Artikel: Zorginnovaties gaan soms sneller dan mensen aankunnen (de Volkskrant)
PS. Wil je me inhuren voor een lezing of workshop over dit onderwerp? Bekijk deze pagina Trendwatcher Gezondheidszorg of doe direct een vrijblijvende boekingsaanvraag!
Wat opdrachtgevers zeggen over Peter
Zijn verhaal gaf duidelijke inzichten en raakvlakken voor alle betrokken afdelingen. Leuke interactie met het publiek!
Voor herhaling vatbaar!
Maarten Cornelissen, Martiniziekenhuis Groningen
Wat een energie bracht Peter met zich mee!
Veel leuke, enthousiasmerende voorbeelden, humor en interactie met het publiek kenmerkte de lezing van Peter.
Kiki Vergoossen, Diakonessenhuis
Interesse?
In mijn lezingen, workshops en webinars geef ik een overzicht van de meest relevante (technologische) ontwikkelingen, de kansen die ze opleveren en de risico’s die ze met zich mee brengen.
Mijn insteek is praktisch, met talrijke concrete voorbeelden, humor en veel interactie met de deelnemers.
Interesse?
In mijn lezingen, workshops en webinars geef ik een overzicht van de meest relevante (technologische) ontwikkelingen, de kansen die ze opleveren en de risico’s die ze met zich mee brengen.
Mijn insteek is praktisch, met talrijke concrete voorbeelden, humor en veel interactie met de deelnemers.
Beste,
Ik werk als spoedverpleegkundige voor mijn eindwerk rond het onderwerp telegeneeskunde binnen de acute zorg. Ik moet als een van opdrachten ook contact opnemen met experts en dit deel verwerken in mijn eindwerk. Mijn vraag is of het mogelijk zou zijn voor even te antwoorden op enkele vragen?
Alvast bedankt en vriendelijke groeten
1. Wat is momenteel uw rol binnen de wereld van telegeneeskunde?
2. Wat is voor jou het verschil tussen telegeneeskunde en telegezondheid?
3. Wat is volgens jou het potentieel van telegeneeskunde in het algemeen?
4. Zie je een potentieel binnen de acute zorg/ spoedopname?
5. Denk je dat telegeneeskunde een gunstig effect kan hebben op overcrowding op een spoedopname ( vooral voor niet acute gevallen)?
6. Er is in een aantal wetenschappelijke artikels reeds gevonden dat teletriage ( zowel telefonische als video) een gunstig effect heeft zodat patiënten kiezen voor de ‘juiste’ soort gezondheidszorg. Wat is uw mening hierover? Kunnen patiënten degelijk virtueel getrieerd/beoordeeld worden?
7. Binnen bepaalde wetenschappelijke artikels gebeurt de triage door ervaren verpleegkundigen aan de hand van bepaalde programma’s die weergeeft welk soort advies ze moeten geven, wat is uw visie hierover? Eerder verpleegkundige of toch arts?
8. Denk je dat patiënten telegeneeskunde zullen aanvaarden zonder ‘fysiek’ gezien te worden en bevestiging te krijgen? ( aangezien het vaak draait om bevestiging van een arts)
9. Wat is voor jou de toekomst van telegeneeskunde in België?